Jane Austen & Ben H. Winters: Sense & Sensibility & Zeemonsters
Na de zombies plegen nu de zeemonsters een aanslag op Jane Austen
Engeland, Sussex, de 19e eeuw. Sinds de mysterieuze en nooit verklaarde Verandering, wordt de mensheid voortdurend bedreigd door alle wezens die in de zee leven, zoals reuzenkreeften, gigantische octopussen, tweekoppige zeeslangen en meer van dat liefs, er allemaal op uit de mensheid uit te roeien. De familie Dashwood, Sir John en zijn drie huwbare dochters, worden uit hun huis gedreven en belanden op Deadwindeiland nabij de kust van Devonshire waar ze vriendelijke maar bizarre mensen ontmoeten, zoals kolonel Brandon die tentakels op zijn gezicht heeft groeien. Niet alle bewoners zijn hun goedgezind. Er wordt gekonkelfoesd, er zijn ontluikende romances, jaloezie, verzwegen relaties, voodoo, en natuurlijk diverse gevechten met zeemonsters. Nadat Seth Grahame-Smith een eerste aanslag pleegde op de literaire erfenis van Jane Austen met ‘Pride & Prejudice & Zombies’ is het nu de beurt van Ben H. Winters om haar te doen omdraaien in haar graf. Omdat de hoger vermelde ingrediënten misschien nog niet voldoende waren zijn er voor de liefhebbers ook nog een duikbootstation Beta in Jules Verne traditie, zeeheksen en zowaar ook piraten, maar niet van de Carribean. Op het einde komt zelfs een groep demonische onderwater aanbidders van Cthulhu even kijken, al heet die hier K’yaloh, en zingen ze ‘K’yaloh D’argesh F’ah!’ als refrein. Hij hoort tot de K’Haloh, een ras ouder dan de mensheid, ouder dan de tijd. Onderzee slapen ze en wachten op de tijd dat ze wakker moeten worden, wat dus nu is. Olé, dat hebben we allemaal al elders gelezen. Het is vaak best grappig, vooral de belachelijke en uitgesponnen dialogen van de mannen en vrouwen terwijl ze voor hun leven aan het vechten zijn tegen monsters, maar echt boeien kon het mij toch niet. De combinatie van tergend traag verlopende idylles en romances met schuchtere wandelingen, society ritueel georganiseerde ontmoetingen en diepe hartroerende emoties die smachtend gesmoord worden in snikken, kon mij niet echt bekoren of boeien. Maar dan, ieder heeft zijn eigen appreciatie van humor en parodie, en gezien er in de VSA al een derde Austin ‘bewerking’ is verschenen is er blijkbaar wel een publiek voor. Voorzien van ‘Een leidraad voor discussie’ in leesclubjes van gepensioneerden. Wie zouden we daarna kunnen aanpakken? ‘The Digital Pictures of Dorian Gray’? of ‘Dracula and the Undead No Longer Virgins’?
Eddy C. Bertin (2)
Originele Titel: Sense & Sensibility & Seamonsters
Uitgeverij: Contact
2009-2010
Paperback
381 Blz.
ISBN: 9789025434625
Engeland, Sussex, de 19e eeuw. Sinds de mysterieuze en nooit verklaarde Verandering, wordt de mensheid voortdurend bedreigd door alle wezens die in de zee leven, zoals reuzenkreeften, gigantische octopussen, tweekoppige zeeslangen en meer van dat liefs, er allemaal op uit de mensheid uit te roeien. De familie Dashwood, Sir John en zijn drie huwbare dochters, worden uit hun huis gedreven en belanden op Deadwindeiland nabij de kust van Devonshire waar ze vriendelijke maar bizarre mensen ontmoeten, zoals kolonel Brandon die tentakels op zijn gezicht heeft groeien. Niet alle bewoners zijn hun goedgezind. Er wordt gekonkelfoesd, er zijn ontluikende romances, jaloezie, verzwegen relaties, voodoo, en natuurlijk diverse gevechten met zeemonsters. Nadat Seth Grahame-Smith een eerste aanslag pleegde op de literaire erfenis van Jane Austen met ‘Pride & Prejudice & Zombies’ is het nu de beurt van Ben H. Winters om haar te doen omdraaien in haar graf. Omdat de hoger vermelde ingrediënten misschien nog niet voldoende waren zijn er voor de liefhebbers ook nog een duikbootstation Beta in Jules Verne traditie, zeeheksen en zowaar ook piraten, maar niet van de Carribean. Op het einde komt zelfs een groep demonische onderwater aanbidders van Cthulhu even kijken, al heet die hier K’yaloh, en zingen ze ‘K’yaloh D’argesh F’ah!’ als refrein. Hij hoort tot de K’Haloh, een ras ouder dan de mensheid, ouder dan de tijd. Onderzee slapen ze en wachten op de tijd dat ze wakker moeten worden, wat dus nu is. Olé, dat hebben we allemaal al elders gelezen. Het is vaak best grappig, vooral de belachelijke en uitgesponnen dialogen van de mannen en vrouwen terwijl ze voor hun leven aan het vechten zijn tegen monsters, maar echt boeien kon het mij toch niet. De combinatie van tergend traag verlopende idylles en romances met schuchtere wandelingen, society ritueel georganiseerde ontmoetingen en diepe hartroerende emoties die smachtend gesmoord worden in snikken, kon mij niet echt bekoren of boeien. Maar dan, ieder heeft zijn eigen appreciatie van humor en parodie, en gezien er in de VSA al een derde Austin ‘bewerking’ is verschenen is er blijkbaar wel een publiek voor. Voorzien van ‘Een leidraad voor discussie’ in leesclubjes van gepensioneerden. Wie zouden we daarna kunnen aanpakken? ‘The Digital Pictures of Dorian Gray’? of ‘Dracula and the Undead No Longer Virgins’?
Eddy C. Bertin (2)
Originele Titel: Sense & Sensibility & Seamonsters
Uitgeverij: Contact
2009-2010
Paperback
381 Blz.
ISBN: 9789025434625